Terug naar overzicht

Stad Turnhout ontvangt 2,3 miljoen subsidie voor een veerkrachtige stad na corona

Stad Turnhout ontvangt een subsidie van 2,3 miljoen euro van de Vlaamse overheid voor een veerkrachtige stad na corona. Subsidiemanager klopte aan bij Bert Oris, adviseur subsidiewerking, en vroeg hem welke aanpak Turnhout hanteerde om dit subsidiedossier tot een goed einde te brengen.

Subsidiemanager: Hoe ben je van start gegaan met de aanvraag van deze subsidie?

Bert Oris: Alles start natuurlijk met de oproep zelf, ‘veerkrachtige steden na corona’, waar we direct een kans zagen omdat die eigenlijk inging op verschillende uitdagingen waarmee we in Turnhout kampen. Het feit dat daar veel middelen tegenover stonden, maakte het superinteressant.

De oproep zelf had 3 insteken:

  • Hefboom voor economische heropleving en ontwikkeling;
  • Inclusieve stad;
  • Kwaliteit van de publieke ruimte.

Los van het feit dat het in de oproep zelf heel sterk ging over uitvoeringsprojecten (investeringen), was er ook aandacht voor het sociale aspect. In Turnhout hebben we sowieso een grote uitdaging in het centrum, het stadshart zoals we dat dan noemen, waar die verschillende elementen aangepakt moeten worden. Om dat op een betere en snellere manier te kunnen doen zijn extra middelen natuurlijk altijd handig.

Vooral in onze binnenstad zien we de laatste jaren heel wat uitdagingen rond armoede, snelle demografische veranderingen en beeldkwaliteit. Er is dus ook een grote nood aan activering, verbinding, integratie en een kwalitatiever straatbeeld in de stad. Dat is niet iets dat wij enkel aanvoelen vanuit het bestuur en de administratie, maar dat werd ook bevestigd door de resultaten uit de stadsmonitor. De cijfers gaven aan dat er dringend iets moest gebeuren, dus dat was een extra motivatie om het dossier in die zin verder uit te schrijven. Dit heeft er ook voor gezorgd dat wij als Turnhout weerhouden zijn. De jury zag dat er heel wat uitdagingen in onze stad liggen die aangepakt moeten worden. Een oproep als ‘veerkrachtige steden na corona’ is natuurlijk hét moment om daar iets aan te doen.

Subsidiemanager: Was er dan ook een rechtstreekse link met het meerjarenplan? Kon je daar rechtstreeks linken met een van de doelstellingen die waren opgenomen?

Bert Oris: Er zijn sowieso linken gemaakt met het meerjarenplan, want dit project in zijn huidige omvang hadden we nooit kunnen doen zonder dat we zelf al middelen voorzien hadden. We hadden 2,8 miljoen subsidies aangevraagd waarbij we zelf een kleine 800.000 euro zouden bijpassen. We hebben 2,3 miljoen toegekend gekregen, dus dan blijft er nog altijd een heel aanzienlijk gedeelte over dat je als stad zelf extra moet financieren. Je kan zo’n project eigenlijk niet realiseren zonder dat je zelf middelen hebt voorzien in je meerjarenplan.

Het gaat voornamelijk over de as Merodelei-Otterstraat. Voor de Otterstraat was er al een conceptstudie (zie afbeeldingen hieronder) lopende voor opwaardering. De oproep ‘veerkrachtige steden na corona’ sluit daar perfect op aan. Ook voor de herinrichting en de aanpak van het openbaar domein waren middelen voorzien, maar zeker niet in deze grootorde. De link met het meerjarenplan is iets dat we altijd wel mee vooropstellen, los van het feit dat je op bepaalde opportuniteiten moet kunnen inspelen.

Wat ik ook graag wil meegeven over de oproep zelf, is dat die “na corona” gelanceerd werd. Corona is nog niet voorbij, maar we zien natuurlijk wel de gevolgen daarvan en corona heeft positieve en negatieve dingen teweeg gebracht. De negatieve gevolgen situeren zich uiteraard rond armoede en tewerkstelling, de horeca en winkels die het moeilijk hebben. Maar anderzijds zien we ook dat mensen meer bewegen, meer buitenkomen. Er zijn minder files en minder mobiliteitsproblemen. Dat is ook het doel van die oproep: hoe kunnen we de positieve dingen van corona in de toekomst behouden en hoe kunnen we nog extra gaan inzetten om die negatieve elementen, die zeker in ons stadshart zeer sterk zijn binnengekomen, goed aanpakken?

Subsidiemanager: Hoe heb je dat intern aangepakt?

Bert Oris: Omdat het een zeer transversaal project is, is het belangrijk dat collega’s uit verschillende diensten mee aan de tafel komen te zitten. Er is een heel belangrijk onderdeel economie en economische heropleving. Onze beleidsadviseur ondernemen en werk, Melanie Ryckaert, heeft het dossier uitgeschreven. Zij is de echte trekker van dit project. We hebben ook collega’s vanuit stedelijke ontwikkeling mee rond de tafel gezet. En ook voor het onderdeel rond de sociale, inclusieve stad en het thema integratie en armoede hebben we collega’s geëngageerd.

Met verschillende diensten hebben we bekeken hoe we het gingen aanpakken. Er waren verschillende projecten die we konden indienen bij ‘veerkrachtige steden na corona’. Gelet op de middelen die beschikbaar waren in de oproep, vonden we dat we hier echt de grootste problemen mee konden aanpakken. Het dringendste probleem, maar ook het probleem waar politiek het grootste draagvlak voor was. Dit project raakt nagenoeg elk beleidsdomein, elke schepen heeft wel een bevoegdheid die te maken heeft met de uitdagingen in het stadshart.

In eerste instantie hebben we dus de oproep gescreend en verschillende denkpistes bekeken. De verschillende projecten die we voor ogen hadden na de eerste brainstorm, werden op het college gebracht. Het college hakte de knoop snel en eensgezind door: we moeten volop inzetten op het stadshart, de as Merodelei-Otterstraat, en meteen alle verschillende dimensies daarin meenemen. De afbeelding hieronder toont mooi aan hoe 'veerkrachtige steden na corona' aansluit bij andere grote stadsontwikkelingen.

 

 

 

We zetten dus niet enkel in op mooiere straten en meer groen. We willen bijvoorbeeld ook ondernemers ondersteunen in de evaluatie van hun businessplan, kijken hoe het eventueel nog bijgeschaafd kan worden. We willen advies geven rond renovatie en we voorzien premies om de beeldkwaliteit zowel in de winkel als aan de voorzijde van de gebouwen te verbeteren.

Verder staan er heel wat investeringen in het dossier rond aankoop, renovatie en herinrichting van panden. Het grootste deelproject is de renovatie van een pand in de Otterstraat waar we een ontmoetingscentrum willen uitbouwen. Mensen uit de buurt zullen hier terecht kunnen voor verschillende activiteiten, het hoeft dus niet louter ontmoeting te zijn. Zo willen we mensen de kans geven om bijvoorbeeld lessenreeksen te volgen en daar zit de link met activering ook in vervat.

Een tweede ingediend subsidiedossier ‘wijkverbeteringscontracten’, dat focust op cohesie en buurtwerking, werd helaas niet weerhouden. Beide subsidies binnenhalen had fantastisch geweest omdat ze zo complementair zijn. We bekijken nu hoe we de ambities uit onze subsidieaanvraag ‘wijkverbeteringscontracten’ vooralsnog kunnen waarmaken. Andere subsidiekanalen worden hiervoor onderzocht.

 

Subsidiemanager: Heb je het gevoel dat er voor zo’n dossiers als wijkverbeteringscontracten veel concurrentie is tussen besturen?

Bert Oris: Jazeker. En er zijn besturen die beide subsidies hebben binnengehaald, dus het kan nog altijd beter... Wanneer een dossier niet wordt toegekend bij een eerste aanvraag, kijk je best nog eens naar het juryrapport en dien je eventueel bij een nieuwe gelegenheid een aangepaste aanvraag in.

Dus we gaan herschrijven, herwerken en zien of we dat in een ander programma kunnen binnenkrijgen, bijvoorbeeld Interreg Noordzeeregio of Noord West-Europa. Dat zijn zaken die we nu gaan bekijken. Op zich hebben we er ook nog een beetje tijd voor, want die werkingen gaan pas echt ten volle kunnen opstarten op het moment dat de panden zijn aangekocht en gerenoveerd.

Subsidiemanager: Hoe verliep het concreet indienen van het dossier?

Bert Oris: Het dossier is opgemaakt en ingediend zoals daarnet beschreven. Vervolgens is er een pitch geweest, waar de projectleider, de collega van stadsontwikkeling en de vakschepen ons project zijn gaan voorstellen. Er waren niet zo heel veel vragen, dus dan ga je er altijd van uit dat het wel goed is. Er kwamen verrassend genoeg wat vragen over het sociale aspect. De jury doelt dan vooral op integratie, hoe we dat gaan aanpakken. Maar omdat we toen al wijkverbetering in het achterhoofd hadden konden we daar een heel goed antwoord op geven.

Interessant om mee te geven is dat we in het dossier ook best veel cijfermateriaal gebruikt hebben. Deze hebben het dossier sterker gemaakt volgens mij. Bijvoorbeeld de cijfers uit de stadsmonitor en de cijfers uit de stadsregio waar je echt op buurtniveau dingen kan uitfilteren. We hebben gebruik gemaakt van onderzoeken die er al zijn geweest, conclusies die er zijn getrokken, analyses die al waren gemaakt. Dus heel wat cijfers die aantonen dat er een nood is, niet enkel een gevoel. Dat is ook belangrijk voor de jury die de dossiers moeten evalueren.

Subsidiemanager: Wat zijn de volgende stappen?

Bert Oris: Eind december hebben we het goede nieuws gekregen en nu zijn we volop bezig met het bekijken hoe we dit project met minder subsidies toch zo volledig mogelijk kunnen uitvoeren.

Concreet gaan we bekijken hoe we dingen efficiënter kunnen doen en misschien wat kunnen downsizen om het grote verhaal dat we willen neerzetten toch te realiseren. Dit stemmen we natuurlijk goed af met de collega’s van Stedenbeleid.

Ook de projectstructuur wordt nu opgemaakt. We denken een opdeling te maken rond het openbaar domein, het bouw- en renovatiegebeuren en het sociale aspect (integratie en ontmoeten). Deze drie teams zouden dan periodiek samenkomen om een stand van zaken te geven en zowel qua timing als inhoud zaken op elkaar af te stemmen. Omdat het zo’n breed traject is, gebeurt de politieke afstemming met het ganse college.

Subsidiemanager: Naar totale doorlooptijd en ook naar investering, kan je inschatten hoeveel medewerkers daarmee bezig zijn geweest? Voor de opmaak van het dossier tot nu?

Bert Oris: Ik denk dat we twee of drie voorbereidende sessies hebben gehad met een tiental collega’s uit de verschillende clusters. Dat zijn vaak mensen met een expertenfunctie die overbevraagd worden en moeilijker te pakken te krijgen zijn. Niet makkelijk om iedereen samen te krijgen dus. Maar wel belangrijk om alle invalshoeken meteen mee te nemen in het dossier.

Daarnaast is er met een kleinere groep afstemming geweest met het college. Deze kerngroep ging ook aan de slag voor het uitschrijven van het dossier, met één eindverantwoordelijke. De doorlooptijd van de eerste werkgroep tot indiening het dossier was erg kort, ik schat 2 maanden.

Subsidiemanager: Wat is de ratio van bedrag dat je binnengehaald hebt ten opzichte van de kostprijs van het hele project?

Bert Oris: 3.786.000 euro was het totaalbudget voor het dossier veerkrachtige steden, je moet minstens 20 procent zelf betalen, wij hebben iets meer zelf voorzien. Wij hadden 2.860.400 euro gevraagd en er is net geen 2,3 miljoen euro gegund. Er zitten grote bedragen bij voor aankoop en renovatie van panden en dat slokt heel veel op natuurlijk, maar die elementen zorgen er ook voor dat je het verschil kan maken in de stad.

De boodschap is hier vooral: al haal je subsidies binnen, je moet zelf ook middelen voorzien. Van de 3,8 miljoen, hebben we “maar” 2,3 miljoen in subsidie. Dat is een aanzienlijk bedrag dat je zelf moet voorzien.

Subsidiemanager: Je zal wel iets veel mooier en groter kunnen doen, dan je zonder subsidie had kunnen doen?

Bert Oris: Natuurlijk! We zijn dan ook heel tevreden over de middelen die zijn binnengehaald. Dankzij de subsidies kunnen we de problemen in onze binnenstad kwalitatiever, sneller en meer integraal aanpakken. Zowel het beleid als de administratie ziet dit als een enorme kans. Ons stadshart zal over 5 jaar niet meer hetzelfde zijn, we maken echt een gigantische sprong vooruit dankzij deze subsidie.

Er moet heel wat gerealiseerd worden en de zoektocht naar extra middelen loopt nog steeds. Dus het geeft natuurlijk ook wat gezonde stress… maar vooral veel goesting en dynamiek.

Subsidiemanager: Jullie komen er zeker en vast uit. Bedankt voor het interview en veel succes om van jullie stad een veerkrachtige stad na corona te maken!

 

 

Heeft u nog vragen met betrekking tot dit subsidiedossier?

Hieronder vindt u enkele contactgegevens.

 

 

 

Wil u ook graag uw case in de kijker zetten?

Laat het ons weten

Deel dit nieuwtje